Buscar
Estás en modo de exploración. debe iniciar sesión para usar MEMORY

   Inicia sesión para empezar

Belastingrecht (Week 3)


🇳🇱
In Holandés
Creado:


Public
Creado por:
Bas Dubbelman


0 / 5  (0 calificaciones)



» To start learning, click login

1 / 21

[Front]


Welke wetten betreffen loon uit dienstbetrekking?
[Back]


Zie nader: 1. Art. 3.81 e.v. Wet IB 2001 2. Wet LB 1964

Practique preguntas conocidas

Manténgase al día con sus preguntas pendientes

Completa 5 preguntas para habilitar la práctica

Exámenes

Examen: pon a prueba tus habilidades

Pon a prueba tus habilidades en el modo de examen

Aprenda nuevas preguntas

Modos dinámicos

InteligenteMezcla inteligente de todos los modos
PersonalizadoUtilice la configuración para ponderar los modos dinámicos

Modo manual [beta]

El propietario del curso no ha habilitado el modo manual
Modos específicos

Aprende con fichas
Escuchar y deletrearOrtografía: escribe lo que escuchas
elección múltipleModo de elección múltiple
Expresión oralResponde con voz
Expresión oral y comprensión auditivaPractica la pronunciación
EscrituraModo de solo escritura

Belastingrecht (Week 3) - Marcador

los usuarios han completado este curso

Ningún usuario ha jugado este curso todavía, sé el primero


Belastingrecht (Week 3) - Detalles

Niveles:

Preguntas:

21 preguntas
🇳🇱🇳🇱
Welke wetten betreffen loon uit dienstbetrekking?
Zie nader: 1. Art. 3.81 e.v. Wet IB 2001 2. Wet LB 1964
Definieer de dienstbetrekking (kenmerken).
De kenmerken: 1. De werknemer heeft zich verplicht om enige tijd persoonlijk arbeid te verrichten; 2. De werkgever is verplicht om de werknemer voor arbeid loon te betalen; 3. Tussen de werknemer en werkgever bestaat een gezagsverhouding.
Wat wordt er bedoeld met 'persoonlijk' de arbeid verrichten.
Je moet dit zelf als natuurlijk persoon uitvoeren. Een rechtspersoon kan dus niet in een dienstbetrekking staan.
Wie is de belastingplichtige en wie is inhoudingsplichtige? Wat wordt er met dat laatste bedoeld?
De werknemer is belastingplichtige o.g.v. art. 27 Wet LB 1964. Daarbij is de werkgever inhoudingsplichtige o.g.v. art. 6 lid 1 Wet LB 1964. Tevens zijn verzekeringsmaatschappijen die pensioenen uitkering dit ook o.g.v. het hiervoor genoemde wetsartikel.
Benoem de plichten van een inhoudingsplichtige.
De plichten: 1. Aanmelden bij de Belastingdienst 2. Tijdig de ingehouden loonheffing afdragen 3. Tijdig de aangifte doen voor loonheffing 4. Jaaropgave verstrekken 5. Premies inhouden 6. Administratie bijhouden 7. Loonheffingskorting of niet?
Wat is loonheffing?
De loonheffing is het bedrag aan heffingskortingen waarmee de loonheffing wordt verminderd . Voor werkenden bestaat de loonheffingskorting uit de algemene heffingskorting en de arbeidskorting.
Wat is loon? Definieer het begrip.
Loon is alles wat een werknemer ontvangt o.g.v. zijn dienstbetrekking. Zie hiervoor art. 10 lid 1 Wet LB 1964. Dit is een objectief begrip. De mening van de werknemer of iets tot het loon behoort maakt hierbij niks uit.
Definieer de werkkostenregeling.
Een gedeelte van het totale fiscale loon (dit is de ‘vrije ruimte’) mag de werkgever besteden aan onbelaste vergoedingen en verstrekkingen voor zijn werknemers.
Leg uit hoe de vrije ruimte in 2021 werkt m.b.t. de WKR.
Nederland kent nu een tweeschijvenstelsel. De vrije ruimte bedraagt 1,7% van de 400.000. Hierboven betaalt de werkgever 80% loonbelasting.
Definieer de aanspraken.
O.g.v. art. 10 lid 1 Wet LB 1964 behoort al hetgeen uit dienstbetrekking wordt genoten tot het loon. In lid 2 wordt bepaald dat ook rechten om na verloop van tijd of onder een voorwaarde een of meer uitkeringen te ontvangen tot het loon behoren. We spreken dan van een aanspraak.
Wat is de hoofdregel bij aanspraken?
De hoofdregel bij aanspraken is dat de aanspraak wordt belast en de uitkeringen of verstrekkingen vrij zijn (voorkom dubbele heffing).
Definieer de omkeerregel.
Bij de omkeerregel is de aanspraak vrij en zijn de uitkeringen of verstrekkingen belast. Deze regel heeft voor de burger ten opzichte van de hoofdregel het voordeel dat de belastingheffing wordt verschoven van de aanspraak naar de uitkering. De burger loopt dus niet het risico al belasting te betalen terwijl onzeker is of hij in de toekomst uitkeringen geniet.
Benoem de drie pijlers van de oudedagsvoorziening in NL.
De drie onderdelen: - AOW; - Pensioen; - Individuele voorzieningen zoals lijfrenten.
Waar bestaat de loonheffing uit?
De loonheffing bestaat uit: 1. Loonbelasting 2. Premies voor de volksverzekeringen 3. Premies voor de werknemersverzekeringen 4. Inkomensafhankelijke bijdrage zorgverzekeringswet
Definieer de loonsomheffing (lumpsumheffing).
Bij de loonsomheffing gaat het over een vast tarief dat wordt betaald over de gehele loonuitbetaling van de werkgever. Over dit hele bedrag wordt belasting geïnd met maar één vast tarief.
Wat wordt belast bij het resultaat uit overige werkzaamheden?
Alles wat niet bestaat uit winsten of lonen.
Op welke punten verschilt de row in vergelijking met het loon/de onderneming?
De verschillen: 1. De duurzaamheid van de werkzaamheden (onderneming) 2. De gezagsverhouding/persoonlijke arbeid (dienstbetrekking)
Waar wordt de Wet DBA voor gebruikt?
Deze wet kan je volgen om op een verantwoorde wijze een modelovereenkomst te volgen van de Belastingdienst. Hiermee voorkom je naheffingsaanslagen en boetes.
Wat doen de opdrachtgever en opdrachtnemer bij de opting-in regeling?
Dan kiezen de opdrachtgever en -nemer voor een fictieve dienstbetrekking. De opdrachtgever wordt dan de inhoudingsplichtige.